5-12 Palestina - Filistin - Islam Lessen

Laatste Nieuws

08-05-2015

5-12 Palestina - Filistin


1. Het land Palestina : Kan°aan


Palestina is één van de oudste landstreken van menselijke leven waar tegenwoordig de staat Israël gevestigd is. De oorspronkelijke naam van Palestina was ‘Kan°aan’ (Kanaan) en oorspronkelijke inwoners van Kan°aan waren de Hethieten, de Girgasieten, de Amorieten,

de Kan°aanieten, de Perizzieten, de Chiwwieten en de Jebusieten. (Deuteronomium: 7/1) Deze volkeren “zijn sterk en de steden zijn ommuurd en zeer groot”. (Numeri:13/28 ) Kan°aan bestond in die tijd uit een aantal onafhankelijke staatjes met zijn eigen heersers. Een van deze staatjes was Filistea, de zuidkust van Kan°aan. De Filistijnen waren heel bekend op de Kan°aanietische landstreek. De Kan°aanieten waren de eersten die een alfabet hadden.

Kan°aan was van strategisch belang en vormde het brug tussen de beschavingen van Egypte en Mesopotamië. Egypte en Mesopotamië streden over Kan°aan. Terwijl de grootmachten in verval raakten, werden Kan°aanietische staatjes helemaal vrij.

De voorouders van joden, de profeet Ibrahim (Abraham) en zijn zonen kwamen van de stad Ur in Mesopotamië naar Kan°aan. Omstreeks 1750 voor Chr. verhuisden de zonen van de profeet Ibrahim (twaalf stammen van Israël) naar Egypte tijdens de profeten Yakoeb (Jacob) en Yoesoef (Josef) omwille hongersnood. Zij werden in Egypte tot slavernij gedwongen door de Farao.

Omstreeks 1250 voor Chr. trokken zij onder leiding van de profeet Moesa (Mozes) weg uit Egypte en leidden zij een zwervend leven op het land Sinaï. (Tussen Egypte en Kan°aan). Volgens de Bijbel had God hen een vruchtbare land beloofd, Kan°aan.

Na de dood van de profeet Moesa (a.s) bereikten zij het beloofde land, omstreeks 1200 voor Chr. Er werd gruwelijke slachtpartijen. Uiteindelijk werd Kan°aan land veroverd door de Israëlieten. “Toen sloegen zij alles wat in de stad was, met de ban, zowel man als vrouw, zowel jong als oud, tot runderen, schapen en ezels toe, met de scherpte zwaards.” (Jozua,6/21)

Aan elk van de twaalf stammen van de Israëlieten werd één deel van Kan°aan toegewezen behalve Jeruzalem. Hier woonden de Jebusieten. In het noorden van Jeruzalem is het Koninkrijk van Israël opgericht, in het zuiden het Koninkrijk van Juda. De Jebusieten werden omringd door twee rivaliserende koninkrijken. Na de moord van de koning van noordelijke Israël, Esbaäl, heeft David (Davoed) de twee koninkrijken verenigd. Omstreeks in het jaar 1000 voor Chr.heeft hij Jeruzalem veroverd. Vanaf dit jaar zouden de Israëlieten en Jebusieten naast elkaar blijven wonen. De stad Jeruzalem werd ‘de stad van David.’ Na de dood van de profeet David komt zijn zoon Suleyman (Salomo, rond 970 voor Chr.) Onder de profeet Suleyman krijgt Jeruzalem een internationaal karakter. Hij heeft een grote tempel opgebouwd. (Tempel van Salomo of Mesdjid-oel Aksa). De profeet Suleyman is omstreeks 930 voor Chr. overleden. De tijd van Davoed en zijn zoon Suleyman werd een vreedzame tijd.

2. Jeruzalem = Koeds el-sjarief

1. Joodse aspect:

Na de dood van Salomo (Suleyman a.s) werd ‘verenigd koninkrijk van Israël’ weer verdeeld. (rond 930 voor Chr.):

- Het koninkrijk Israël in het noorden als hoofdstad Samaria.

- Het koninkrijk Juda in het zuiden als hoofdstad Jeruzalem.

In de loop van de tijd komen er chaotische strijden onderling. De Egyptische en Babylonische legers probeerden opnieuw aanwezigheid in Palestina te vestigen. In 586 voor Chr. werd Jeruzalem achttien maanden lang door het Babylonische leger belegerd. Uiteindelijk viel Jeruzalem. De stad werd verwoest. De Tempel van Salomo, het koninklijk paleis en alle huizen werden plat. De verwoesting van Jeruzalem was een ramp. De joden werden naar Babil afgevoerd. Dit was de eerste verwoesting van Jeruzalem, en begin van de joodse “diaspora”.

Rond 400 voor Chr. begon joodse terugkeer van Babil naar Jeruzalem. Door de veroveringen van Alexander de Grote begon de Griekse tijd in Jeruzalem vanaf 333 voor Chr. Deze tijd werd voor de joden een soort arena van de strijdende partijen.

In 63 voor Chr. begon Romeinse bezetting in Palestina, dus in Jeruzalem. In 70 na Chr. tijdens de Romeinse gouverneur Titus (de zoon van de Keizer Vespasianus) gaf zijn soldaten opdracht de rest van de stad behalve westelijke muur van het heilige tempel te vernielen en in brand te steken. De Romeinen vonden het belangrijk dat de joden in het rijk zouden leren hoe gevaarlijk het was om in opstand te komen. Dit was de tweede verwoesting van heilige Jeruzalem.

2. Christelijke aspect:

De eerste eeuwen hoorde het Christendom nog niet erkende godsdienst in het Romeinse rijk. Er waren twee groeperingen:

- christenen die uit joodse afkomst en traditie komen,

- christenen die niet joodse afkomst en traditie komen.

Ook tijdens Romeinse keizer Hudrianus, in 131 na Chr. werden de joden afgevoerd. Jeruzalem was nog een keer verwoest. Dit was de derde verwoesting. Alle joodse gebruiken zouden in de Grieks-Romeinse cultuur integreren.

In 313 na Chr. verklaarde de keizer Constantijn de Grote dat het Christendom één van de officiële godsdiensten van het Romeinse rijk was. Constantijn riep alle prelaten (de geestelijken die een eigen kerkelijk rechtsgebied heeft) op naar een concilie te komen (mei 325 in Nicea). Het was de eerste Christelijke concilie. Bij de concilie werden drie belangrijke thema’s gesproken:

- de kwestie van goddelijkheid van Jezus,

- selectie van verschillende Evangeliën,

- de positie van Palestina en Jeruzalem, (heidense tempels in Jeruzalem moeten afgebroken worden, zoals tempel van Aphrodit).

Tijdens de Keizer Constantijn de Grote werd in Jeruzalem een Christelijke identiteit opgebouwd. Het graf van Jezus was ontdekt. Het Christendom had zich kunnen wortelen in Jeruzalem. Jeruzalem was een ‘heilige stad van de christenen, niet de joden.’

Voor de joden was nieuwe Jeruzalem uiteraard erg verontrustend. De positie van de joden bleef echter verslechteren onder de christelijke keizers. Keizer Justanianus (527-65) zag de vernietiging van het Jodendom als een plicht. Het gebruik van het Hebreeuws in de synagogen werd verboden. Het ontstaan van het christelijke Jeruzalem had het heilige centrum van de stad totaal veranderd. In de plaats van joodse Tempelberg werden alle gebeurtenissen gelokaliseerd op Golgota (het rotsgraf van Jezus Christus).

In 614 na Chr. viel het Perzische leger Jeruzalem binnen. Iedereen die ze tegenkwamen hebben ze gedood. De stad werd verwoest. De kerken werden in brand gestoken. Overlevenden werden in ballingschap gevoerd. Enkele joden steunden de Perzische verwoestingen. Dit was de vierde verwoesting.

In 622 hervatte de Keizer Heraclius het offensief tegen Perzië. Na lange jaren van verwoestend oorlogsgeweld sloten Perzië en Byzantium vrede. Beide mogendheden verlieten elkaars grondgebied.

3. Islamitische aspect:

In het principe is in de islam de ene plaats niet heiliger dan de andere. “ Van God is het oosten en het westen. Waarheen jullie je dus ook wenden daar is Gods aangezicht. God is werkelijk alomvattend en wetend.” (Al-Bakara: 2/115)
Om sociale, culturele en religieuze redenen werden drie plaatsen in de islamitische wereld als heilige centra beschouwd:

* De eerste is Mekka samen met de Ka°ba. De moslims voelden zich diep verbonden met de Ka°ba (gebedsrichting). Het is het eerste heiligdom in de wereld die eerst door Adam was gebouwd. Het was later door de profeet Ibrahim en zijn zoon Ismail herbouwd. “ Het eerste huis dat voor de mensen werd neergezet is dat in Bekka (= Mekka); gezegend is het en een leidraad voor de werelden.” (Aali °Imraan: 3/96)

“En toen Ibrahim de fundamenten van het huis optrok samen met Ismail: Onze Heer, aanvaard het van ons. U bent de horende, de wetende.” (Al-Bakara: 2/127 )

Alle moskeeën in de islamitische wereld ontlenen hun heiligheid aan de Ka°ba en kunnen worden gezien als verlengstukken van dit heiligdom. “Waar je ook vandaan komt, wend je aangezicht in de richting van de heilige moskee (Ka°ba). Het is de waarheid die van jouw Heer komt. God let goed op wat jullie doen.” (Al-Bakara: 2/149)

* De tweede heilige plaats is Medina samen met ‘Mesdjid oen-Nabawie’. De oorspronke-lijke naam van Medina was Yasrib. Na de emigratie (hidjret) van de profeet Mohammed (a.s) van Mekka naar Yasrib, noemden de moslims ‘Madinet oen-Nabie’ (de stad van de profeet) of kort ‘Madina’. In 622 werd de profeet gedwongen Mekka te verlaten, en in Yasrib te vestigen. Toen veranderde de naam Yasrib tot Medina. Medina werd woonplaats van Mohammed (a.s). In 632 stierf hij hier en is hij ook hier begraven.

* De derde heilige plaats is Jeruzalem (Koeds) samen met de heilige Tempel (Mesdjid oel Aksa).

Jeruzalem was de eerste kibla (gebedsrichting) geweest voor de moslims. Mesdjid oel Aksa werd door de profeet Suleyman (Salomo) gebouwd. Jeruzalem was verbonden met enkele van de bekendste profeten onder wie de profeet °Isa (Jezus).

Wij noemen Jeruzalem als naam ‘Koeds al-sjarief’. De stad Koeds is ook de plaats van wonderlijke nachtreis van de profeet Mohammed (a.s). “Geprezen zij Hij die Zijn dienaar (Mohammed) bij een nacht een reis liet maken van de 'Mesdjid oel -Haram' (Mekka) naar de 'Mesdjid oel Aksa' (Koeds) waarvan Wij de omgeving gezegend hebben om hem iets van onze tekenen te tonen. Hij is de horende, de doorzinde.” (Al-Israa: 17/ l)

Op een nacht in het jaar 620 of daaromtrent voor de Hidjra, Mohammed (a.s) nadat hij bij de Ka°ba had gebeden, door de engel Djebraail (Gabriël) naar Koeds was gevoerd. Zij vlogen door de nacht op een gevleugeld paard dat Boeraak heette en landden bij de ‘Mesdjid oel Aksa” (Tempel van Salomo). Daar werden ze begroet door een grote menigte profeten. Waarna Djebraail en Mohammed (a. s) door de zeven hemelen beklommen (Mi°raadj). Na de dood Mohammed (a.s) arriveerde de islam tijdens tweede Kalif Omar naar Jeruzalem in 638 na Chr.

De traditie wil dat de Christelijke Patriarch (bisschop in de oosterse Kerk) de heilige stad Jeruzalem aan niemand anders wilde overdragen dan aan Kalief Omar.

Volgens het traditionele verhaal reed Patriarch Sophronius de stad uit om Omar te ontmoeten en escorteerde hij de Kalief vervolgens terug naar Jeruzalem.

Iedereen verwachtte een bloedbad en verwoesting. Maar dat gebeurde niet. Het was de eerste keer in de geschiedenis van de stad dat er geen pijnlijke en afschuwelijke situatie was na een overwinning. Geen van de bewoners in de stad werd gedwongen zich tot de Islam te bekeren of doden of verbannen. “...Als respect voor de oorspronkelijke bewoners van een stad een teken is van de integriteit van een monotheïstische macht, dan begon de Islam zijn lange bezetting van Jeruzalem inderdaad heel goed.” (JeruzaIem, Karen Armstrong, 250)

Historieschrijvers citeren een document dat Kalief Omar aan de Christenen van Jeruzalem verleende: “Omar garandeert hun veiligheid, ieder van hen persoonlijk en hun bezit, hun kerken, hun kruisen, de zieken en de gezonden, alle mensen van hun geloof. Wij zullen geen moslimsol-daten in hun kerken stationeren. Wij zullen hun kerken niet verwoesten noch ook maar iets van hun schatten of eigendommen of kruisen of wat hun ook maar toebehoort, schade berokkenen.

Wij zullen het volk van Jeruzalem niet verplichten hun geloof te verloochenen en wij zullen hun geen kwaad doen.” (idem, 253 )

De Moslims hadden ook de joden bevrijd van het juk van Byzantium en hadden hun recht verleend zich permanent in Jeruzalem te vestigen. Jeruzalem was een vreedzame stad geworden voor alle gelovigen na de tijd van Salomo. Nu werd de islam ‘de religie van eenheid en integratie’ in de heilige stad Jeruzalem (Koeds al-Sjarief).

3. De kruistochten


De kruistochten behoren tot slechte ervaringen in de geschiedenis. De aanvoerders van de kruistochten zouden Jeruzalem van moslims en joden zuiveren. Tijdens de eerste kruistocht in 1099 vermoordden de kruisvaarders systematisch de inwoners van Jeruzalem. Ze doodden iedereen, hetzij man of vrouw. “Tienduizenden moslims die in ‘el Aksa’ moskee hun toevlucht hadden gezocht, werden wreed afgeslacht. De joden werden bijeen gedreven in hun tempel en aan het zwaard geregen. Het bloed stroomde letterlijk door de straten.” (Karen Armstrong, Jeruzalem, 298)

Huizen, tempels en paleizen werden plat of geplunderd. Kruistochten werden plundertochten. Dit was de vijfde verwoesting van Jeruzalem.

Na een afschuwelijke jaren komt Soeltan Salahaddin Ayyoebie als een voorbeeldige figuur. Volgens hem was Jeruzalem “de stad van Tempel”, “de stad van de profeten”, “de stad van de Nachtelijke reis”, de stad van het Laatste Oordeel”. Dus de “stad van alle gelovigen”. Hij geloofde dat het zijn plicht was een vredesmonument te stichten in Jeruzalem. En het is gebeurd.

In 1187 trokken Soeltan Salahaddin en zijn troepen als overwinnaars Jeruzalem binnen. Hij raadpleegde zijn medewerkers (commandanten en geleerden ‘oelemaa’) en stemde erin toe de stad vreedzaam in te nemen. De Soeltan hield zijn woord. Niet één christen werd vermoord.

De moslims probeerden de vrede en integratie tussen alle gelovigen in Jeruzalem opnieuw stichten.

“Salahaddin nodigde ook de joden uit om terug te keren naar Jeruzalem waaruit zij door de kruisvaarders bijna allemaal waren verdreven. De Soeltan werd door de joodse wereld als een nieuwe Cyrus begroet.” (Armstrong, Jeruzalem, 323)

Na de dood van Soeltan Salahaddin in 1194 zetten de Pauselijke ridders hun kruistochten voort. Vanaf 1218 volgde echter een nieuwe kruistocht vanuit het westen. Niet alleen Jeruzalem, moslims en joden, ook oosterse christenen en Byzantium werden doelwit van slachtingen en plunderingen. Vervolgens begon een chaotische periode. De mensen van het heilige land hebben vrede en integratie vergeten. Vreedzaam samen te leven werd moeilijker.

In 1516 met de Ottomaanse rijk keerden orde en gerechtigheid in Palestina terug. Onder het gezag van Soeltan Suleyman maakte het Ottomaanse rijk een infrastructurele opbloei door en was Jeruzalem een van zijn belangrijkste gunstelingen. De soeltan investeerde grote sommen geld in Jeruzalem watervoorziening. De stad genoot nu een nieuwe voorspoed. Vreedzaam samen te leven was terug gekomen. De joodse en christelijke gemeenschappen in Jeruzalem waren gegroeid. Joodse bezoekers uit Europa werden getroffen door de vrijheid die de Palestijnse joden genoten evenveel met andere gelovigen.

In 1535 vertelt Italiaanse jood David dei Rossi: “Hier (in Palestina) verkeren wij niet in ballingschap zoals in ons eigen land. Hier wordt de douane en tolheffing door joden beheerd. Er zijn geen speciale belastingen voor joden.” (Armstrong, Jeruzalem, 349)

Hun verbeterde positie in de islamitische rijk maakte de joden bijzonder beducht voor een vreemde jood die 1523 in Jeruzalem aankwam en verkondigde de Messias te zijn. De joden begonnen zich in Jeruzalem kwetsbaar te voelen. Door de ondersteuning van de sommige Europese landen ontstond er opnieuw spanning tussen de moslims en de westerse christenen in Jeruzalem. Na een lange Ottomaanse periode (ongeveer 400 jaar) kwam Palestina onder het gezag van Groot Britanië.

4. Bloedige én vredige tijden

1. Bloedige tijden van Jeruzalem:

- de eerste verwoesting van de stad Jeruzalem in 586 voor Chr. door de Babylonische leger. (tijdens de Babylonische koning Nebukadnessar)

- de tweede verwoesting in 70 na Chr. door de Romeinen. (tijdens de Romeinse keizer Vespasianus en zijn zoon Titus)

- de derde verwoesting in 131 na Chr. door de Romeinen. (tijdens de keizer Hudrianus)

- de vierde verwoesting in 614 na Chr. door de Perzen. (tijdens de koning Chosroës van Perzië)

- de vijfde verwoesting in 1099 door de kruisvaarders. (tijdens de Paus Urbanus II en de keizer Alexius Commenus I)

2. Vredige tijden van Jeruzalem

- de tijd van de profeet Suleyman (Salomo) tussen 970-930 voor Christus.

- de tijd van de islamitische Kalief Omar vanaf 638 na Chr.

- de tijd van Soeltan Salahaddin vanaf 1187 na Chr.

- de tijd van het Ottomaanse Rijk vanaf 1516 na Chr. (vooral tijdens de soeltan Suleyman Schitterende)

5. De Huidige Palestina

Tijdens de eerste wereld oorlog had de Britse regering beloften gedaan tegenover zowel de Arabieren als de joden als zij tegen de Ottomaanse Soeltan zouden vechten. En het is gebeurd. De Arabieren en joden kwamen opstand. Na de eerste wereld oorlog vestigden de Britten in Palestina. Er begonnen nieuwe staten en koninkrijken in het Midden-Oosten te ontstaan: Jordanië, Libanon, Syrië, Egypte, Irak, Saoedie -Arabië, Israël. Gezien de gelijke omstandigheden zou ook Palestina wellicht een onafhankelijke staat zijn geworden. Maar dit gebeurde niet.

Na de val van Ottomaanse Rijk begon in het Midden-Oosten een pijnlijke periode. Al jaren beheerst de terroristische daden in het heilige land. Mensen sterven, terrorisme wint.

De mensen die de vrede en integratie willen, missen de “grote vredestichters”: de profeet Suleyman (Salomo), de Kalief Omar, de Soeltan Salahaddin en de Soeltan Suleyman. Als we huidige structurele ongerechtigheid, afschuwelijke bloedbaden en ongelukkige situatie nadenken, is het duidelijk dat we allemaal de “grote vredestichters” nodig hebben.

Testen:

- Geef de oorspronkelijke naam van Palestina.

- Tussen welke oude beschavingen speelde Palestina een strategisch rol?

- Welke profeten leefden in Palestina ?

- Tijdens welke profeet werd Koeds al-Sjarief (Jeruzalem) heel bekend?

- hoeveel keer werd Jeruzalem verwoest en wanneer?

- Noem de vredige tijden van Koeds al-Sjarief op.

- Wat is gebeurd na de val van Ottomaanse Rijk in Palestina?

- Wat is nodig om in Palestina de vrede te brengen?

Geen opmerkingen: