De Regels van Het Goede Nabuurschap in de Islam - Islam Lessen

Laatste Nieuws

20-01-2015

De Regels van Het Goede Nabuurschap in de Islam

Het recht van nabuurschap wordt door de moslim erkend, gewaarborgd en volkomen wederzijds toegepast.

Allah schrijft ons dit recht zo voor: “Behandel uw ouders, uw naaste verwanten, wezen en behoeftige, uw buren, zowel die tot de familie behoren als uw naaste buren... goed.” En-Nisa: 36

De profeet (vzmh) zei: “De aartsengel Gabriël hield niet op om mij mijn buurman zo aan te bevelen dat ik geloofde dat hij hem een deel zou toekennen van de erfenis.” Boekhari & Moeslim

“Wie ook maar gelooft in Allah en de Laatste Dag, moet zijn buurman goed behandelen.” Boekhari & Moeslim


De volgende regels kunnen aangehaald worden:

1. De moslim moet vermijden zijn buurman schade te berokkenen hetzij door middel van woorden, hetzij d.m.v. daden. Dit is gebaseerd op waarschuwing van de Profeet(vzmh).

2. Men moet zijn buurman goed behandelen, dat wil zeggen hem helpen, wanneer hij hulp nodig heeft, hem bezoeken, als hij ziek is, hem gelukwensen, wanneer hij iets vreugde-vols beleeft, hem troosten ten tijde van ongeluk en hem zonodig ondersteunen.

3. Als een moslim weet dat zijn buur zich in financiële moeijlijkheden bevindt, dient hij niet te wachten tot hij om hulp gevraagd wordt, in plaats daarvan dient hij zijn hulp waar mogelijk aan te bieden.

4. De moslim groet zijn buurman.

5. De moslim richt vriendelijke woorden tot zijn buurman.

6. De moslim wijst zijn buren op hetgeen voor zijn geestelijke en materiële leven nuttig is.

7. Hij verdedigt en vergeeft de buren.

8. De moslim toont zich inschikkelijk t.o.v. zijn buurman door vriendelijk en hulpvaardig te zijn.

9. Men is zijn buurman respect en eerbied verschuldigd.

10. Een moslim dient de geheimen, die hem door de buren zijn toevertrouwd of die hem ter ore zijn gekomen, te bewaren.

11. De buurkinderen schade toebrengen moet vermeden worden. Men moet ervoor zorgen dat kinderruzies geen misverstanden teweeg brengen tussen hun ouders.

12. Een moslim dient goed te praten van zijn buren en hen tegen slechte praat van anderen te verdedigen, aangezien zijn band met hen zijn speciale aandacht en zorg verdienen.

Geen opmerkingen: