DE GUNSTEN VAN ALLAH
Onder de gunsten van Allah behoren Zijn scheppingen en Zijn tekenen. In Surah Ar-Roem 30/ 22 lezen we: “En onder Zijn tekenen is de schepping van de hemelen en de aarde en de verscheidenheid van jullie tongen (talen) en (huids)kleuren. Waarlijk, hierin zijn inderdaad tekenen voor al-alemien (mensen met een zuiver kennis).”Het bewijs van het bestaan van Allah wordt geleverd door Zijn Ayat (tekenen), zoals de hemelen en de aarde die Hij geschapen heeft. Hij heeft de hemelen en hun hoogten en breedten geschapen en hun bedekking en alles wat erin is (zoals sterren, manen, planeten).
En Hij heeft de aarde geschapen in de mooiste vorm en wat er zich op en in bevindt; bergen, rivieren, vele zeeën en onbekende plaatsen en tevens dieren en bomen. En Allah zegt in deze ayah “verschillende tongen”, dit wil zeggen verschillende talen. Elk volk, ieder land heeft z'n eigen taal, zoals Arabisch, Engels, Frans, diverse dialecten en andere talen van het volk van Adam welke alleen Allah kent. En ze hebben verschillende (huids)kleuren en zo heeft Allah het voor hen bepaald. Alle mensen van Al Doenja (het leven) die in de aarde (hebben) bestaan sinds Adam geschapen werd, tot het eind van de tijd, allen hebben twee ogen, twee wenkbrauwen, een neus, een voorhoofd en een mond en niemand, sinds Adam geschapen werd, is gelijk aan een ander.
Er is altijd een onderscheid in de vorm (het lichaam). Ook in spraak zijn ze niet gelijk. Ook al lijkt een groep mensen op elkaar, bijvoorbeeld wat betreft schoonheid, toch moet er een verschil zijn. “Waarlijk dat zijn de tekenen voor al-alamien” En in Surah Ibrahiem: 14/ 32-33): “Allah is Hij, die de hemelen en de aarde heeft geschapen en water (regen) naar beneden zendt vanuit de lucht en daarmee vruchten voor jullie onderhoud mee voortbrengt en Hij heeft schepen gemaakt om jullie van dienst te zijn opdat zij door Zijn Bevel over de zee mogen varen; en Hij heeft de rivieren eveneens geschapen om jullie tot dienst te zijn”.
Hij heeft de zon en de maan gemaakt, beiden hun koers voortzettend, om jullie van dienst te zijn; en Hij heeft de nacht en de dag gemaakt, om jullie van dienst te zijn".
Allah heeft de regen uit de hemel laten neerdalen en door de regen groeien alle verschillende soorten in paren; planten en bomen, vruchten uit verschillende soorten, met verschillende kleuren, smaken en geuren, alles waar de mens behoefte aan heeft. En zo heeft Allah ook de rivieren gemaakt, die van land naar land stromen, dit alles als Rizq (voorziening) voor de mensen, die dit nodig hebben. En Allah heeft de zon en de maan in dienst gesteld en zij verrichten hun werk, zoals Allah dat voor hen bepaalt heeft zoals de werking van de nacht en de dag. (Yunus: 10/ 5)
Moslims: De mensen aan wie Allah Zijn grootste Gunst geschonken heeft, zijn de Moslims. Allah alleen bepaalt aan wie Hij deze gunst verleent, dus Allah alleen bepaalt wie er moslim zullen worden en niemand anders. (Ibrahiem: 14/ 4
We moeten ons goed realiseren dat Allah de Islam als een gunst voor ons heeft gemaakt en dat het niet zo is dat wij Allah een gunst doen door moslim te zijn. (Al Hoedjoerat: 49/17)
Aldus werd de Esed stam berispt voor de onbeschaamde verkeerde opvatting welke zij hielden. Ze brachten de Profeet tot uitdrukking dat ze hem een grote gunst bewezen hadden, ten eerste door niet tegen hem en zijn volgelingen te vechten, en ten tweede door de Islam te accepteren, welke de profeet verkondigde. Hun intentie bij het noemen van deze veronderstelde gunsten, was om hun rechten vast te stellen, voor bepaalde gunsten als tegenprestatie, maar Allah gaf de profeet de opdracht om hun onwetendheid op te helderen.
Er zijn echter bepaalde voorwaarden voor goddelijke leiding, want Allah Zijn wijsheid maakt het noodzakelijk dat Zijn keus van degenen die geleid worden, niet willekeurig is. Allah heeft expliciet gezegd dat Hij sommige groepen van mensen zal niet leiden; degene die bewust en met opzet slecht boven goed kiezen. Allah zegt bv. In Soera Al-Baqarah 2/ 258 en in soera Al-Djoemoe°a 62/ 5: “Allah leidt niet al-Dzaalimien (onrechtvaardig volk)”, 2/ 264: “Allah leidt niet al-Kafieroen (het ongelovig volk)”, In Soera Al-Ma'idah 5/108 en in soera As-saff 61/5: “Allah leidt niet al- Faasiqien (het ongehoorzaam volk)”, In Sura Az-Zumar 39/ 3: “Allah leidt niet Kadziboen Keffaar (een ondankbare leugenaar).” In soera Al-Moe’min 40/ 28: “Allah leidt niet Moesriefoen Kedzdzaab (degene die buitensporig en een grote leugenaar is).”
De Islam is Allah’s gunst aan de mens, teneinde dat hij geleid zal worden tot ware Ieman (geloof) als hij ijverig en eerlijk is over zijn verplichtingen. Allah accepteert geen gunst in ruil voor Zijn Gunst, omdat er niets is waarmee de mens Allah kan begunstigen, maar de mens is verplicht om Allah te danken voor Zijn gunsten en oprecht te proberen hen waard te zijn.
Diegene die de Islam niet accepteert is een ongelovige, een Kafir. Alhoewel elk mens als Moslim wordt geboren, wordt degene die er voor kiest Allah te ontkennen een Kafir. Het woord ‘Kufr’ betekent verbergen, bedekken. Iemand die het bestaan van Allah ontkent is dus verberger, een Kafir, omdat hij door zijn ongeloof verbergt van wat hij van nature heeft meegekregen; de Islam. (Dus iedereen die geen Moslim is, zoals bijvoorbeeld een Christen, is een Kafir.) Kufr is onwetendheid en welke onwetendheid kan groter zijn dan het negeren van Allah, de Schepper van alles, die de mens alle gunsten heeft verleend.
Allah is rechtvaardig. De mens heeft de vrije keuze en degenen die op de juiste manier met Zijn gunsten omgaan zullen hiervoor uiteindelijk hun beloning ontvangen en degenen die afdwalen en het negeren zullen hiervoor hun straf ontvangen. Maar nogmaals, de islam is perfect en ongewijzigd, het zijn de mensen die fouten maken. (Al-Ma'idah: 3 en Ibrahiem: 4)
Allah is degene, Die alle gunsten aan de mens schenkt, sinds de mens een foetus was in de baarmoeder van zijn moeder, waar niemand in staat is hem te voorzien van de juiste voeding, behalve Hij. De baarmoeder heeft Allah van drie lagen van duisternis, comfort, en bescherming voorzien. Hij was Diegene die je moeder voorzien heeft van warme melk vanuit haar borsten om jouw een passend soort voedsel te geven, ten alle tijden en in overeenstemming met je leeftijd. Vooralsnog was Allah Diegene die jou instrueerde om jouw zuigfunctie, die jou voorzien was, te gebruiken en je zo in staat stelde om te drinken. Bovendien is Hij Degene die liefde en gevoel van verbondenheid in jouw ouders harten plaatste om alles wat ze hebben aan te wenden voor jouw geriefelijkheid en welzijn, in de gevoelens, energie, kracht enzovoort, om voor jezelf en voor anderen te zorgen, zie de giften van de Schepper voor jou. (An-Nahl: 16/78)
Allah vraagt geen voorzieningen of voedsel of drinken, omdat Hij dit alles niet nodig heeft. Allah As-Samad d.w.z. Allah is zichzelf genoeg, Hij heeft niemand en niets nodig en alles heeft Hem nodig. (Ta-Ha: 20/132)
Het enige dat Allah van Zijn schepping eist, wat opnieuw in de mens zijn eigen belangen is indien hij dit toepast vervult en in praktijk brengt, is om Hem te aanbidden en alleen Hem zonder enige deelgenoten naast Hem in aanbidding. (Adz-Dzariyat: 51/56-57-58)
Allah vraagt van ons dat we oprecht geloven, wat resulteert in goede daden. De belangrijkste verplichte goede daden voor iedereen die volwassen is en geestelijk gezond zijn de Salaat (gebed), de Zakaat (armenbelasting), het vasten tijdens de maand Ramadan en de Hadj (de bedevaart naar Mekka). En in alles is door de Gunst en de Barmhartigheid van Allah, mogelijk om deze verplichte daden te verrichten in overeenstemming met de individuele mogelijkheden van ieder. (An-Nahl: 16/17)
De gunsten van Allah brengen elk ook een bepaalde verantwoordelijkheid met zich mee, waarover elk mens verantwoording zal moeten afleggen tegenover zijn Rabb. Bijvoorbeeld iemand die begunstigd is met rijkdom, moet met deze rijkdom ook op een goede manier omgaan binnen de Islam; zijn Zakaat betalen, armen en behoeftigen helpen enzovoort.
Ons einddoel Al-Djannah (het paradijs): Hoe mooi is uiteindelijk de grootste gunst van Allah, ons einddoel Al-Djannah. Wij allen koesteren de hoop om, nadat Allah onze ziel heeft weggenomen, naar het paradijs te gaan. Onze goede daden alleen, kunnen ons echter niet in het paradijs brengen. We hebben naast deze goede daden, tevens de Genade en de Gunst van Allah nodig om dit te bereiken.
Allah heeft ons zoveel gunsten geschonken. Niet alleen schenkt Hij ons de mogelijkheid om voor eeuwig in het paradijs te verblijven, maar tevens schenkt hij ons in dit leven vele gunsten, om het ons makkelijk te maken. (Ibrahiem: 14/34)
Enige Selef (vrome voorgangers) zeiden over deze ayah: “Allah heeft jullie gegeven, wat jullie gevraagd hebben en ook wat jullie niet gevraagd hebben”. Allah vertelt ons in deze ayah, dat het onmogelijk voor de mens is om Zijn Gunsten te tellen. Als je deze Gunsten niet eens kunt tellen, hoe zou je hiervoor dan (overeenkomstig) dankbaarheid kunnen tonen".
Geen opmerkingen:
Een reactie posten