2-1 Wat is Iman? - De Geloofsvoorwaarden - Islam Lessen

Laatste Nieuws

28-02-2015

2-1 Wat is Iman? - De Geloofsvoorwaarden

De Geloofsvoorwaarden
1-Wat is Iman? - De Geloofsvoorwaarden

Het geloof is het geloven in alle wetten die Allah door Mohammed heeft gestuurd. Geloven en volledig vertrouwen hebben in deze wetten zowel in woorden als met het hart geloven en bevestigen.

De geloofsleer omschrijft de Godskennis die de gelovige zich dient eigen te maken; de rol van de profeetschap in de geschiedenis van de mensheid, van Adam tot en met Mohammed en de relatie van al het geschapene tot de Schepper, vanaf het moment van de schepping tot en met de Laatste Dag.

Het monotheïsme van de Islam, houdt het unieke en absoluut enige van God in, waardoor de geringste gedachte een gelijken wordt uitgesloten.

Herhaaldelijk maakt de Koran duidelijk dat alles te boven gaat en dat Hij onze beperkte vermoedens overschrijdt is niets aan Hem gelijk en Hij is de Alhorende, de Alziende.

“Ogen kunnen Hem niet bereiken, maar Hij bereikte alle ogen.”


2. De Geloofsvoorwaarden

Amentu en betekenis?

1. Amantu biellahi
2. we mela-ieketihi,
3. we kutubiehie,
4. we roesoeliehie,
5. welyewmiel akhirie
6. we biel kaderie
6a. khayriehie we sjerriehie mien Allahie ta°ala
5a. wel ba°soe ba°delmewtie hakkoen.
Esjhedoe enla ilahe illallah, we Esjhedoe enne Mohammeden abdoehoe we rasoeluh.

Betekenis:

1.Ik geloof in Allah,
2. in Zijn engelen,
3. in Zijn boeken,
4.in Zijn profeten,
5. in de hiernamaals  (5a.  in het leven na de dood.)
6. in de noodlot (Qader = voorbestemming)   (6a. Het goed en kwaad van Allah komen)
Ik getuig dat er geen God is dan Allah en dat Mohammed Zijn dienaar en profeet is.”


2.De soorten van gelovende mensen

a. Mu’min (Gelovige): Mensen die geloven in de éénheid van Allah, Zijn eigenschappen en Zijn wet, in een geopenbaarde richtlijn en in de beloning van het goede en de bestraffing van kwaad.

b. Kafir (Ongelovige): Mensen die totaal niet in Allah geloven en Hem zelfs ontkennen. Iemand is een ongelovige en wordt in de taal van de Islam een ‘kafir’ genoemd. (Een mens die totaal niet in Allah gelooft en hem zelfs ontkent, en zelfs iemand die het minste van Allah’s wet en/of plichten ontkent.)

c. Müsjrik (Heiden): Mensen die Allah vergelijken met een ander persoon.

d. Munafik (Schijnheilige): Mensen met een dubbel gezicht, mensen die zeggen dat ze geloven en eigenlijk van harte niet geloven.

3.Tewhid (De eenheid van Allah)

Het woord Tewhid is afgeleid van het woord ‘Wahda’, dat Eenheid betekent. Tewhid brengt het grondbeginsel van de Islam, namelijk Eenheid van geloof tot uitdrukking.
Tewhid is de bevestiging dat Allah één is, Uniek en Alles vertreffend.

Tawhied is het belangrijkste in het leven van een moslim, het is daarom belangrijk de tawhied goed te leren. Tawhied is het belangrijkste onderdeel van ons geloof in Allah. Het geloven in Allah kan maar op een manier: we moeten geloven dat hij de enige is die wij kunnen aanbidden. “U alleen aanbidden wij en U alleen smeken wij om hulp.” (El-Fatiha: 1/4)

Het woord Tawhied betekent: “Eenheid” (van Allah) en als we praten over de Kalima Tawhied, dan zeggen we “La ilaha illallah, Mohammedoer Rasoeloellah”= “Er is geen God dan Allah en Mohammed is Zijn dienaar en boodschapper”.

La ilaha illallah betekent: Er is geen andere god dan Allah. Als we iets aanbidden, betekent dat we het de hoogste plaats geven in ons leven. Dat we daar naar luisteren, eraan gehoorzamen, het prijzen en het vereren. Datgene wat we dan aanbidden kunnen we god noemen.

Het tweede deel van Tewhid “Mohammedoer Rasoeloellah” (Mohammed is boodschapper van Allah) Het oproepen van mensheid tot geloof in Eén God: “Zeg! (O, Mohammed); dit is mijn weg, ik roep tot Allah op in volledige overtuiging.” (Yusuf: 12/108)

Allah alleen is de Schepper en de Meester van de schepping. Alle dingen zijn gemaakt door Allah en er is niet dat over onafhankelijke kracht bezit. Daarom moeten we niets anders aanbidden dan Allah. Er is dus geen andere god dan Allah. Hij alleen is het begin en het einde van alles dat er is van alles dat eens was en van alles dat nog zal ontstaan.

Het grondbeginsel van de Islam is tevens het eerste deel van islamitische geloofsbelijdenis:
“La ilaha illallah” (er is geen God dan Allah). Deze verklaring is een ontkenning van het bestaan van andere God dan Allah. ‘Iman’ (het geloof) houdt in dat de moslims géén deelgenoten toekennen aan Allah. Als we iedere vorm van afgoden verwerpen blijft de hoogste plaats vanzelf over voor Allah. Dit betekent dat we Allah de hoogste plaats in onze levensvisie moeten geven. Als er belangrijkere zaken zijn in ons leven dan Allah, hebben we het niet gemeend met de tawhied en is onze getuigenis niet geldig.

“Illallah” wil dan zeggen dat Allah de enige echte God is die we kunnen aanbidden. Hij is immers de Enige die heeft geschapen en de Enige die ons kan helpen.

In de Islam wordt ieder soort levenswijze die buiten de bedoeling van God ligt ook een afgod beschouwd. Voorbeelden van deze afgoden door zwarte magie zijn: waarzeggers, astrologie, voodoo, amuletten en gelukshangers, toverij.

4.Voorwaarden voor een correcte iman

1. Het eerste voorwaarden is het begrijpen van de betekenis van deze uitspraak, die zowel een ontkenning als een bevestiging inhoudt. Dit wil dus zeggen het tegengestelde van onwetendheid, zie Mohammed: 47/19 “Weet dan, dat er geen andere god is dan Allah...”

2. De tweede voorwaarde is het persoonlijk overtuigd zijn. Het hart moet zonder twijfel geloven, en dit moet geschieden met volledige zekerheid niet op twijfelachtige basis. In het hoofdstuk Hoedjoeraat: 49/15 zegt Allah: “De ware gelovigen zijn slechts zij, die in Allah en Zijn Boodschapper geloven en daarna niet meer twijfelen.”

3. Volgen: Wij dienen aan alle religieuze plichten te voldoen, dus zonder er ook maar één achterwege te laten. “Wie zich geheel aan Allah overgeeft en het goede doet, heeft inderdaad het meest stevige houvast gegrepen.” (Lokman 34/22)

4. Oprechtheid: De ‘Iman’ moeten wij met een oprechte hart afleggen. Hetgeen in ons hart is moet overeenstemmen met wat de mond uitspreekt, zonder leugens. In het hoofdstuk Zoemer: 39/33 heeft Allah gezegd: “Hij de waarheid brengt en deze bevestigt...”

5. Reinheid: Wij moeten onze daden zuiver en rein houden met een goede ‘Niyat’(intentie), zonder ook maar één enkel aspect van ‘sjirk’(deelgenoot kennen aan Allah). In het hoofdstuk Beyyine: 98/ 5 staat: “En hun was niet anders bevolen dan Allah te aanbidden, rein zijnde in toewijding jegens Hem.”

6. Liefde:De getuigenis La ilaha illailah moeten liefhebben. Evenals de betekenis van die uitspraak en al zijn wetten. Ook moeten wij van de mensen, die deze voorwaarden in praktijk brengen. Allah heeft gezegd in het hoofdstuk Moedjadele 58/22: “Niet zult gij vinden dat de mensen die in Allah en de Laatste Dag geloven, sympathiseren met hun vaders of hun zoons of hun broeders of hun verwanten. Dezen zijn degenen en die Hij gesterkt heeft met Zijn Geest...”

De Boodschapper(vzmh) heeft gezegd: “Als iemand aan de volgende drie voorwaarden voldoet, dan leiden deze voor hem tot het ware geloof:

1. Allah en Zijn Boodschapper (vzmh) moeten voor hem tot het meest geliefden behoren.

2. Wanneer hij iemand liefheeft, moet die persoon liefhebben voor Allah, zonder bij gedachten (bv. winstbejag).

3. Hij moet verafschuwen weer het leven van Kafir op te nemen nadat hij door Allah gered is.” (Boekhari en Moeslim)

Tevens heeft de Boodschapper (vzmh) gezegd: “Een ware gelovige is slecht degene, die mij heeft boven kinderen, zijn ouders en alle andere mensen.”

5.Gedragingen Die Het Geloof Ongeldig Maken:

Het onderstaande maakt iemand’s geloof of imaan onvolledig.

1. Vertrouwen stellen in iets anders dan Allah. “En stelt uw vertrouwen in Allah indien gij gelovig zijt.” (Al-ma’ide: 5/5)

2. Het niet erkennen van Allah’s zichtbare en onzichtbare weldaden. Wij mensen, dienen te beseffen dat deze weldaden ons bewezen worden uitsluitend door Allah. “En iedere weldaad, die u toe-valt, komt van Allah. En wanneer tegenspoed u treft, dan roept gij Hem op hulp.” (Nahl:16/53)

3. Het verrichten van handelingen ten anderen dan Allah, zonder Zijn toestemming.

4. Aan een ander dan Allah het toekennen te regeren en zaken te verbieden, evenals het recht

zaken toegestaan (helal) en onwettig (haraam) te verklaren. “Is het niet aan Hem te scheppen en te regeren.” (A°raf : 7/5)

5. Een ander dan Allah gehoorzamen zonder Zijn toestemming. Gehoorzaamheid, die ons door Allah is toegestaan, is gehoorzaamheid aan Zijn Boodschapper, want gehoorzaamheid aan Zijn Boodschapper staat gelijk aan gehoorzaamheid aan Allah. “O, gij, die gelooft, gehoorzaamt Allah, de Boodschapper en de gezagsdragers onder u.” (Nisa: 4/ 59)

6. Oordelen volgens andere wetten dan Allah nedergezonden. “...Maar wie niet oordelen volgens hetgeen Allah heeft nedergezonden, die zijn de ongelovigen.” (Maida: 5/44)

7. Eén van de wetten van de Islam verafschuwen of de Islam in zijn geheel verafschuwen. “Dat is omdat zij, hetgeen Allah nedergezonden heeft, haten en zo maakt hun daden vruchteloos.”(Mohammed: 47/9)

8. Dit aardse, materiele leven liefhebben en als enig doel beschouwen in plaats van het hiernamaals. “Maar wee de ongelovigen, hun wacht een vreselijke straf. Zij, die het leven van deze wereld liefhebben boven het hiernamaals en anderen afhouden van de weg van Allah en wensen dat deze kronkelig zou zijn, dezen zijn ver afgedwaald.” (Ibrahim: 14/2-3)

9. Spotten met iets uit de Koran of van de soennah. Hieronder valt ook spotten met gelovigen, die naar Koran en de soennnah leven. “Zeg: Was het met Allah Zijn tekenen en Zijn boodschapper, dat gij aan het spotten was.” (Tewbe: 9/ 65)

l 0. Voor Helal verklaren wat Allah verboden heeft en voor haraam verklaren wat Allah helal, heeft gemaakt. “Leugens zijn het slechts, die zij, die niet in de tekenen van Allah geloven, verzinnen: zij zijn leugenaars.” (Nahl: 16/105)

Geen opmerkingen: